De toekomst van Griekenland binnen de eurozone staat of valt met het vertrouwen van Duitsland in de Griekse premier Alexis Tsipras. Het opstappen van minister van Financiën Yanis Varoufakis doet daar weinig aan af.
Het verrassende nieuws van maandag: het vertrek van de flamboyante Yanis Varoufakis als minister van Financiën van Griekenland en zijn opvolging door Euclid Tsakalotos.
Het opstappen van Varoufakis, die de afgelopen dagen grote woorden als ’terrorisme’ niet schuwde, kan gezien worden als een geste aan de schuldeisers van Griekenland. Een gebaar van verzoening om tot een akkoord te komen met de andere eurolanden en het Internationaal Monetair Fonds (IMF).
Een dag nadat de Griekse bevolking zich in een referendum in grote meerderheid uitsprak tegen oude bezuinigings- en hervormingsvoorstellen van de schuldeisers, wil Tsipras vaart maken met de onderhandelingen. Binnen Griekenland heeft hij zijn machtspositie versterkt met het referendum. Maar daarbuiten is dat allerminst het geval.
Tsipras heeft veel goodwill verloren bij de Duitse bondskanselier Angela Merkel nadat hij op 27 juni het referendum aankondigde en tegelijkertijd zijn kiezers een ‘nee’-advies meegaf.
Merkel gefrustreerd over Tsipras
Volgens weekblad Der Spiegel uitte Merkel afgelopen week tijdens een overleg met kopstukken uit de CDU-partij voor het eerst openlijk haar frustratie over Tsipras. Die zou zijn land "met open ogen tegen de muur" laten lopen, zou Merkel hebben uitgeroepen.
Tsipras wekt vanuit de Duitse optiek de indruk pijnlijke maatregelen te schuwen om zijn land in de eurozone te houden, terwijl hij Griekse burgers niet eerlijk vertelt dat het alternatief van een Grexit een veel grotere economische klap betekent. Als iemand zich zo opstelt, wat is dan de kans dat hij zich aan nieuwe afspraken houdt?
De risico's die hier spelen, zijn goed zichtbaar in het rapport over de houdbaarheid van de Griekse staatsschuld dat het Internationaal Monetair Fonds afgelopen week publiceerde.
Volgens de laatste voorstellen die de Europese Comissie op 28 juni publiceerde, moet Griekenland vanaf 2018 een permanent overschot op de begroting, exclusief rentebetalingen, halen van 3,5 procent. Stel dat dat lukt, maar er komt geen nieuw steunpakket. Dan krijg je dit plaatje.
In de grafiek hieronder zijn de verwachtingen voor jaarlijkse bruto leenbehoefte van Griekenland te zien - dus wat Griekenland nodig heeft voor aflossingen en rente, achterstallige pensioenclaims en herfinanciering van bankleningen. Die leenbehoefte is weergegeven als percentage van het nationaal inkomen.
(klik voor uitvergroting)
Belangrijk is de rode lijn: die geeft weer wat de ontwikkeling van de financieringsbehoefte van de staat is op basis van recente voorstellen voor het begrotingsoverschot, maar zonder nieuw steunprogramma. Dus: simpelweg een 'primair' overschot van 3,5 procent vanaf 2018. (De blauwe lijn is een oude, inmiddels achterhaalde analyse van het IMF uit 2014, ver voordat Syriza aan de knoppen zat).
Te zien is dat de rode lijn na 2022 omhoog kruipt tot boven de 20 procent. Volgens het IMF is de vuistregel dat een 'houdbare schuld' gepaard gaat met een bruto financieringsbehoefte van 15 tot maximaal 20 procent van het nationaal inkomen. Conclusie: dit is onhoudbaar.
Het IMF heeft becijferd dat in de periode tot en met 2018 een extra steunprogramma nodig is voor Griekenland van 50 miljard euro, tegen lage rentes. Filter je dat in, dan ziet het plaatje er zo uit (let weer op de rode lijn).
(klik voor uitvergroting)
Het lange-termijnbeeld laat nu een rode lijn zien die 2043 piekt op 20 procent en daarna daalt. Conclusie: schuld blijft aan de hoge kant, maar net houdbaar.
Maar wat nu als je de looptijd van de huidige schuld van Griekenland ook nog eens verdubbelt van 20 naar 40 jaar? Feitelijk een forse schuldreductie en nog een keer een lening van 50 miljard euro. Dan ziet het plaatje er zo uit.
Te zien is dat de rode lijn even piekt op 15 procent van het nationaal inkomen in 2050. Daar kan het IMF goed mee leven.
Wat als Tsipras niet voldoende bezuinigt?
Maar nu. De vorige scenario's werkten met een 'primair' begrotingsoverschot (dus exclusief rentebetalingen) op de Griekse economie van 3,5 procent per jaar voor de lange termijn. Als je dat percentage met een half procentpunt verlaagt naar 3 procent per jaar, ziet het plaatje er zo uit: de bruto financieringsbehoefte hikt weer tegen de houdbare bovengrens aan van 20 procent.
IMF: nieuwe steun is nodig
Wat is het belang van dit theoretische uitstapje? Conclusie één is dat Griekenland in de ogen van de analisten van het IMF sowieso een nieuw steunpakket van 50 miljard euro nodig heeft, waarvan zo'n 30 miljard euro van de andere eurolanden moet komen en de rest van het IMF. Om de schuldendruk op een comfortabeler niveau te krijgen moet daar een verdubbeling van de huidige looptijd van oude schulden bij.
De kans is groot dat Tsipras hierbij een combi-pakket zal eisen - zo blijkt ook uit de meest recente nieuwsberichten: Griekenland voert de laatste voorstellen van de schuldeisers over bezuinigingen en hervormingen uit (dus lijnrecht tegen de uitslag van het referendum), maar eist van Merkel een fors nieuw steunprogramma (zeg dertig miljard euro) en een stevige schuldreductie.
Stel, Merkel slikt dit pakket en zegt tegen Duitsland: dat is de prijs om de eenheid van de eurozone te bewaren en het Griekse volk een diepe armoedeval te besparen. Dan nog heeft de bondskanselier een groot probleem; want Griekenland hoeft maar een beetje minder te presteren dan afgesproken, of de schuldlijntjes komen weer in de gevarenzone terecht.
Juist hierom is de vertrouwenskwestie zo belangrijk. Als Merkel van tevoren incalculeert dat Griekenland op z'n minst een beetje onder verwachting presteert, blijven de risico's zeer groot.
De alternatieve calculatie is: Europa heeft inclusief de steun van de Europese Centrale Bank meer dan 300 miljard euro in Griekenland gestoken. Als de eurozone Griekenland laat vallen, moet een groot deel van dat bedrag als verloren worden beschouwd.
Aan de andere kant is het uitvoeringsrisico van een nieuwe programma van 30 miljard euro met de huidige Griekse regering relatief groot. Beleggers kiezen in zo'n geval regelmatig voor de stoploss-aanpak: neem je verlies, om grotere verliezen te vermijden.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl